Begin 2016, bracht uitgeverij Koppernik het boek ‘Bloemen van het Kwaad. Gedichten van dictators’ uit. Het boek is samengesteld en geschreven door Paul Damen.
In verschillende media werd het boek groots gebracht. Paul Damen vertelde op radio, TV internet en in de krant, hoe speciaal dit boek wel niet is. Vooral de gedichten geschreven door de bekendste dictator en massamoordenaar, Adolf Hitler zouden bewonderenswaardig zijn.
Niet heel veel later kwamen dichters Bart FM Droog en Jaap van den Born erachter dat er in ieder geval, naar hun idee, toch wel iets gruwelijks mis is met dictators en gedichten in deze kwalijke bloemlezing. Adolf Hitler zou namelijk, de onder zijn naam opgenomen gedichten, helemaal niet geschreven te hebben.
Adolf Hitler, de vriendelijke dichter, bleek niet te bestaan.
Tijd voor een gesprek met een van de onderzoekers naar ‘Bloemen van het kwaad’, Bart FM Droog.
Hoi Bart, jullie hadden al snel door dat het gedicht van Adolf Hitler, helemaal niet van hem is?
Yep. Dat kwam vooral omdat ik dat ene gedicht, het zogenaamde moedergedicht, al in 2002 had onderzocht. Toen waren de archieven nog een stuk minder gedigitaliseerd dan nu, waardoor ik toen niet verder kon komen dan concluderen dat het hoogst onwaarschijnlijk was dat Adolf Hitler, niet bepaald een fijnschrijver, zo’n gevoelig en ritmisch strak vers had kunnen bakken.
Toen ik het in 2016 opnieuw onderzocht kon ik dankzij Google en gericht verder zoeken in databases, binnen drie uur tijd achterhalen wie het echt geschreven had: Georg Runsky. Ergens vóór 1930. In een later stadium heeft Jaap het boek waarin dat gedicht voor het eerst stond afgedrukt aangeschaft, en zodoende wisten we met 100% zekerheid dat het van vóór 1907 stamde.
Uit jullie onderzoek blijkt dat er nog meer aan de hand is met het boek. Kun je in het kort vertellen wat er allemaal niet klopt?
We ontdekten dat vrijwel alle claims van de samensteller gebakken lucht waren. Hij zou alle gedichten uit de oorspronkelijke talen (zo’n vijfentwintig verschillende) zelfstandig vertaald hebben. Niet: hij zette simpelweg bestaande Engelse vertalingen naar het Nederlands over, inclusief fouten die de Engelse vertalers hadden gemaakt. Of – wel zo makkelijk – kopieerde eerdere Nederlandse vertalingen en zette er zijn naam onder. In beide gevallen heet dat: plagiaat. Het zouden ook allemaal gedichten van dictators zijn – een aanzienlijk gedeelte van de door hem gepresenteerde lieden was nooit dictator.
Hij beweerde ook dat hij honderden biografieën bestudeerd zou hebben om ‘gedegen’ historische inleidingen over de verschillende dictators te maken. Niet: hij kopieerde stukken van Wikipedia, uit online recensies over die biografieën en andere online publicaties en plakte die tot absolute kolderteksten aaneen. Dat heet: plagiaat. Ook flanste hij eigenhandig uit gecopypaste stukken gedichten aaneen en zette daar de naam van een dictator onder. Dat heet: valsheid in geschrifte. En het geheel werd door hem en zijn uitgever als echt verkocht. Hiermee belazerden ze honderdduizenden mensen En ze verdienden daar grof aan. Dat heet: oplichting.
In het boek wijst Damen meerdere malen dat er eerder gedichten ten onrechte zijn toegewezen aan dictators. Is hij in dezelfde val getrapt, of heeft hij alles bewust gedaan?
Hij is bewust zelf aan het vervalsen geslagen. Dat kan je zien bij het gedicht ‘van’ Bokassa — daarvan is het zeker dat hij dat doelbewust zelf in elkaar heeft geflanst.
En ook bij de ‘gedichten’ van onder anderen Fidel Castro kunnen we dat bewijzen. De Castro-teksten zijn in het origineel prozateksten. Damen heeft die tot gedichten verhakt. Een professioneel Spaans vertaler heeft hem, nog voor het boek verscheen gewaarschuwd dat de door damen gepresenteerde Castro-‘gedichten’ géén gedichten waren. Wat Damen er niet van weerhield ze toch als gedichten te verkopen.
Wat was de reactie van Paul Damen en uitgeverij Koppernik op jouw bevindingen?
Achtereenvolgens: 1. Roepen dat het allemaal echt was. 2. Roepen dat hij nooit geroepen had dat het allemaal echt was. 3. Eisen dat we zijn boek moesten onderzoeken. 4. Dreigen met advocaten en rechtzaken. 5. Rondbazuinen dat wij een vete met hem zouden hebben. 6. Beweren dat we hem zouden stalken.
Hoeveel exemplaren zijn er, plusminus, van dit boek verkocht, denk je?
Omdat binnen een maand een herdruk verscheen, en gezien de gigantische publiciteit (De Wereld Draait Door, Vice.com in tenminste zes talen, Giel Beelen, Met Het Oog Op Morgen, VPRO’s Boeken) lijkt het ons en diverse boekhandeleraren om zo’n 5000 tot 10.000 exemplaren te gaan.
Dan zullen Paul Damen en de uitgeverij wel ergens op, pak ‘m beet, Cuba hun geld aan het tellen zijn?
Wel, ik denk niet op Cuba. Toevallig heb ik contact gehad met de Cubaanse ambassade over dit boek. Ze zijn er pisnijdig over – en dan druk ik me nog diplomatiek uit. Want niet alleen wordt daarin allerhande onzin over hun geliefde onlangs overleden leider geschreven – voor de opname van Castro’s oorspronkelijke, Spaanstalige teksten is geen toestemming gevraagd – en ook dát is weer een misdrijf.
Het boek wordt nog steeds overal verkocht zonder enige rectificatie. Worden eventuele kopers nu niet bedrogen?
Dat kan je wel stellen. Maar het is nog erger dan het lijkt. We hebben gemerkt dat het gros van de journalisten dat het boek lovend besprak, het in het geheel niét gelezen heeft. Hadden die reporters dat wel gedaan, dan zouden ze gestruikeld zijn over Damens bewering dat een van zijn ‘authentieke’ Hitlergedichten stamt uit een dagboek van de onbeste man. Bij zo’n opmerking zal élk journalist wakker schrikken. Dit vanwege het tot op de dag van vandaag spraakmakende Hitlers-vervalste-dagboekenschandaal uit 1983.
Is er iets in het boek dat je wel leuk vindt?
Ja, het is heel geschikt voor geschiedenislessen op middelbare scholen en bij geschiedenis- en taalopleidingen op hogescholen en universiteiten. Het is hét schoolvoorbeeld voor hoe het niet moet. Het is ook prima te gebruiken voor kwissen in kroegen en in huiselijke kringen. Wie de meeste fouten op één pagina spot wint. Het boek bevat ruim 500 pagina’s – garant voor jarenlang kwissplezier.
Wat zou een goede afsluiting van dit dossier zijn?
Als justitie overgaat tot aanpak van deze oplichterij zou dat al heel wat zijn. En als daarnaast alle belazerde kopers hun geld terug zouden krijgen én journalisten die het boek als kippen zonder kop gepromoot hebben ‘sorry, we hebben ons werk niet goed gedaan’, zouden roepen, dan zou dat een heel mooi eind zijn.
Voor de goede orde, je hebt niets tegen Paul Damen of uitgeverij Koppernik persoonlijk, toch?
Noch Jaap, noch ik kennen Damen en/of de uitgevers persoonlijk.
Tot Paul Damen van Jaap en mij eiste dat we zijn boek moesten onderzoeken – dat was eind november 2016 – had ik nog nooit met de man contact gehad. Qua uitgeverij Koppernik: het is een relatief jonge uitgeverij. Toen ze in 2015 begonnen met dichtbundels uitgeven heb ik daarvoor reclame gemaakt. Omdat ik dacht: sympathiek!
Toen Jaap en ik merkten dat het boek vooral een kwestie van plat bedrog was, hebben we met de beste bedoelingen nog geprobeerd de uitgevers te waarschuwen, ervan uitgaande dat ook zij belazerd waren. Maar helaas: ze smeten de deur in ons gezicht dicht.
Voor verdere informatie zie: bartfmdroog.com