Vrijdagmiddag, 26 juni, stipt om 14.00 uur werd er in de tuin van het prachtige pand aan de Westersingel waar Poetry International inhuist en de bijbehorende parkeerplaatsen dan een echte, weliswaar coronaproof, maar toch een echte uitreiking, met gasten, van de C. Buddingh’-prijs. Die dit jaar naar de Vlaming uit Belgisch Limburg gaat: Jens Meijen.
Bij binnenkomst werd iedereen streng opgewacht door Jan Coerwinkel, de communicatie manager van Poetry International. Door de hitte -lees zo een 30 graden Celsius- had hij zijn inspanningen tot het minimum verrijkt en dus in plaats van de uitgenodigde gasten de gesommeerde vragen van uit de overheid of iemand last van, of in aanraking is geweest met het coronavirus, het stijlvol met een grote glimlach overhandigde aan de bezoekers.
Als je ‘nee’ op alle vragen kon beantwoorden, werd je toegang verleend tot het pand van Poetry International. Bij de eerste deur na binnenkomst werd een flesje water en een parasol aangeboden, waarna je snel doorgeleid werd naar de tuin. Waar je plats kon nemen naast een bloem, gestoken in de grond, voorzien van een gedicht.
In de tuin wachtte een keur aan dichters en poëzieliefhebbers. Zo waren bijvoorbeeld Anne Vegter, die door de hitte haar bruine suède laarzen maar uitgedaan had en dus blootvoets op haar stoel zat, Myrte Leffring, Dean Bowen en Peter Swanborn. Allen zeer geïnteresseerd naar de poëzie die komen ging van de vier genomineerden, Laurine Verweijen, Iduna Paalman, die helaas verhindert was, omdat zei volgens Peter Swanborn één van de weinige dichters is die een baan heeft, Jérôme Gommers en de winnaar Jens Meijen.

Een verrassing was het inmiddels niet meer dat Jens Meijen met Xenomorph de prijs voor het beste poëziedebuut gewonnen had. Dit was namelijk dezelfde ochtend om 11.00 uur op de sociale media kanalen van Poetry International en via hun eigen website, bekend gemaakt.
Na de opening, om stipt 14.00 uur, met de nodige huiselijke mededelingen van Poetry International algemeen directeur Inez Boogaarts en een moment van stilstaan bij het overlijden van Hans Sleutelaar door Jan Baeke, kon de uitreiking beginnen.
Alle dichters, op Iduna Paalman dus na, werden omstebeurt naar voren geroepen om wat vragen over hun bundel en poëzie te beantwoorden en aansluitend een gedicht uit de bundel voor te dragen. Met één verschil: dat Jens Meijen zich nog bijna een klein relletje wist te starten door te zeggen dat de hele literaire wereld in Amsterdam woont en er toch nog met de cheque van €1.200 er vandoor ging.
Na afloop knalde er opeens muziek door de speakers van de plotseling op rolschaatsen en een rijdende dj-set, opduikende Rotterdamse dj Bootsy Paul, was er de gelegenheid om de ontstane dorst, opgedaan door de tropische temperaturen, te lessen en nog even na en bij te praten met elkaar. Waarna om 16.00, Bootsy Paul het einde inluide door weg te rolschaatsen op de tune van het jaren 80 programma Knight Rider.
Kortom het was ondanks de vreemde tijd waar we in leven een zeer geslaagde uitreiking van de C. Buddingh’-prijs.
